Tentoonstelling over Gijsbertus van Marrewijk

Op vrijdag 24 mei 2013 werd in Museum Het Tramstation in Schipluiden de tentoonstelling over Gijsbertus van Marrewijk (1853-1934) geopend. Bram van Marrewijk, een achterkleinzoon van deze bekende tuinder/bestuurder uit Den Hoorn, gebruikte hiervoor een ratel. Hiermee werden de vogels van de rijpende bessen verjaagd. In de negentiende eeuw had Gijsbertus nog een ‘Westlandsche tuin’, waarop veel verschillende producten groeiden. Vóór 1900 waren dat asperges, aardappelen en fruit, zoals appels, peren, bessen, druiven, aardbeien en radijs. Later vond er meer specialisatie plaats en werd de teelt van komkommers steeds belangrijker.

Wat maakt Van Marrewijk tot zo’n bijzondere persoon?

  1. Hij en zijn vrouw Apololia (Ploon) van Paassen) kregen zestien kinderen, waarvan er veertien bleven leven. Enkele jaren na de geboorte van haar laatste kind stierf Ploon, in 1912. Gijsbertus bleef als weduwnaar achter.
  2. Hij runde het grote gezin en een behoorlijke tuin. Als een boekhouder hield hij in zijn kasboeken de productie bij. Daarnaast vervulde hij nog allerlei functies.
  3. Van Marrewijk was gemeenteraadslid van Hof van Delft, waaronder Den Hoorn toen viel, en wel van 1907 tot 1919. Als raadslid zette hij zich in voor de komst van gas, water en elektriciteit.
  4. Hij promootte het veilingwezen om op deze wijze de macht van de kooplieden te beteugelen. Zo was hij betrokken bij de stichting van een veiling in Het Bonte Huis in de Noordhoorn en in Café Den Hoorn te Den Hoorn. Toen de Delftsche Groentenveiling werd opgericht, werd hij al snel secretaris van deze veiling. Hij was dit van 1906-1909 en van 1915-1927. In deze functie ijverde hij voor de bouw van een nieuwe Delftsche Groentenveiling in Den Hoorn, die in 1921 gerealiseerd werd. Omdat het leven van Van Marrewijk nauw verbonden was met deze veiling is dit onderwerp goed zichtbaar in tentoonstelling.
  5. Van Marrewijk zat in de commissie die de bouw van de r.k. kerk in Den Hoorn in 1917 realiseerde. Als penningmeester was hij verantwoordelijk voor de financiën. Na het gereedkomen van de kerk zat hij nog enige jaren in het kerkbestuur.
  6. In 1920 was hij medeoprichter van de Woningbouwvereniging Sint Willibrordus in Den Hoorn, die de eerste sociale woningbouw in Den Hoorn realiseerde. Als secretaris van deze woningbouwvereniging was hij verantwoordelijk voor de bouw van enkele tientallen woningen. Als dank werd een straat naar hem vernoemd.
  7. Hij was medeoprichter van de Onderlinge Brandverzekering ‘De Eendracht’ in Den Hoorn, een plaatselijke verzekering.
  8. Tenslotte trad hij regelmatig op in de comité’s die de Oranjefeesten in Den Hoorn/Hof van Delft organiseerden, zoals in 1913, toen de 100-jarige Nederlandse Onafhankelijkheid uitgebreid werd gevierd.

Gijsbertus van Marrewijk moet een goede regelaar/organisator zijn geweest, zowel op zijn tuin als in zijn functies. Daarnaast was hij een schrandere man, met grote boekhoudkundige capaciteiten en ondernemingslust. Hij was sociaal betrokken. Voor de tuinarbeiders werden betaalbare huizen gebouwd. De meeste katholieke gezinnen in Den Hoorn waren groot. Hierdoor ontstond de behoefte aan een eigen kerk. Van Marrewijk maakte in zijn werk geen onderscheid tussen katholieken en protestanten. Misschien was de gemengde openbare lagere school van Den Hoorn, waar al zijn kinderen naar school gingen, hier wel verantwoordelijk voor.

In een zestal banners wordt in het museum het verhaal over deze markante persoon verteld. In de vitrines worden verschillende onderwerpen van de banners verder uitgewerkt, zoals de geschiedenis van de oude tuinderswoning en de viering van het onafhankelijkheidsfeest in 1913. Daarnaast is er veel gereedschap te zien uit de tijd van Gijsbertus van Marrewijk. Hij heeft in de vorige eeuw als bestuurder een behoorlijke stempel gedrukt op de ontwikkeling van het tuindersdorp Den Hoorn. Zijn levensverhaal is beschreven in een artikel in het nieuwste jaarboek van de Historische Vereniging Oud-Schipluiden (te koop in het tramstation).

Museum Het Tramstation is geopend op woensdag, zaterdag en de eerste zondag van de maand van 14.00-16.00 uur.

 

De Oorlog Dichtbij – mei 1940 – mei 1945

De tentoonstelling “De Oorlog Dichtbij” in Museum Het Tramstation is voornamelijk ingericht in de Wachtkamer en de Stationskamer van Het Tramstation. Maar ook de keuken is dit keer bij het thema betrokken (de WSM verzameling is tijdelijk ingepakt). Zoals de titel al aangeeft is vooral aandacht voor het oorlogsgebeuren dichtbij en de beleving daarvan door de inwoners van de gemeente Schipluiden. In een aantal blokjes worden verschillende aspecten behandeld van de bezetting tot en met de bevrijding. Naast veel fotomateriaal en teksten is er een groot aantal originele voorwerpen en documenten te bekijken. 
De tentoonstelling duurt tot en met 26 september 2010.

Verschillende publicaties over de oorlog en bevrijding zijn te koop bij het museum, waaronder de syllabus “50 Jaar Bevrijd”, een overdruk van de syllabus uit 1995 en het “Oorlogsdagboek” van Kees Tetteroo.

De twee andere oorlogstentoonstellingen worden gehouden in Museum De Schilpen, Maasland, en Museum De Timmerwerf, De Lier.